Aandacht voor warmte

Gedragsdeskundige Mirjam van Veen stelt antroposofisch verpleegkundige Ida van der Straten een aantal vragen. Ida behandelt bewoners van een aantal locaties in Driebergen.

Jij bent niet een gewone verpleegkundige maar een antroposofisch verpleegkundige. Wat maakt het antroposofisch?
Ik heb een specialisatie antroposofie gevolgd (2 jarig): daarin staat het totale mensbeeld en ontwikkeling van de mens centraal. Je leert er over allerlei aspecten vanuit de antroposofie zoals de natuur, de minerale wereld, werking van kruiden, maar ook over de zintuigen en de binnenwereld van mensen. Daarna heb ik altijd bij en nascholingen gevolgd: ritmische inwrijvingen, positieve gezondheid, palliatieve zorg. Het zijn voor mij momenten geweest terug naar de bron.

Jij geeft ook behandelingen. Kun je beschrijven hoe zo een behandeling er uit ziet? Wat merkt de bewoner na een behandeling?
De behandeling bestaat uit een ritmische aanraking (wrijving) met medicinale kruidenolie. Ik raak een lichaamsdeel of het hele lichaam aan. De bewoners ervaart zo dat hij begrenst wordt: dit ben ik en dit is de ander. Door de olie, de aanraking, het ritme en ook bij een inpakking, komt iemand meer terug bij zijn eigen lijf en bij zichzelf. 

We gaan de winterperiode tegemoet. Heb je nog een gouden tip vanuit jouw vakgebied om deze tijd goed door te komen?
Check de warme aan huid van de ander met een warme hand. De voeten, kuiten en knieën. Voel aan de buik en de rug. Als iemand koud voelt, pas de kleding erop aan. Het lichaam verliest de meeste warmte aan het hoofd nek, polsen en enkels. Oudere bewoners zitten bijvoorbeeld veel stil en hebben daardoor een minder goede bloedcirculatie. Geef ze een extra vest of dekentje als ze koud aanvoelen.

Zelf kun je het warm hebben omdat je druk in de weer bent, een bewoner kan het fris hebben omdat die moe is en net gedoucht en de deur steeds open en dicht gaat.